DRENTS ROODPaterswolde

In het Noord-Drentse buurtschap Schelfhorst, direct ten zuiden van de stad Groningen, hebben wij een oude keuterij getransformeerd tot modern woonhuis. Wat begon als een sloop-nieuwbouwopgave veranderde in een rigoureuze verbouwing met als doel de idylle van de plek te behouden en een nieuwe laag aan de geschiedenis toe te voegen.

De keuterij staat van oudsher op de hoek van twee zandpaden en is vrij dicht op de weg gebouwd. De achterkant (de deel) was naar de weg gericht, de voordeur bevond zich aan de zijkant. In de loop der jaren is het wegenpatroon aangepast en het boerderijtje verschillende keren verbouwd, maar ondanks dat is de sfeer van weleer overeind gebleven. Deze wilden we graag behouden. Het bescheiden volume met uitgesproken lage goten en een kenmerkende rode baksteen zorgden voor een zekere authenticiteit die je bij nieuwbouw onherroepelijk zou kwijtraken. Ook de situering was goed: de ligging dicht op de weg was niet alleen cultuurhistorisch verantwoord, het bood ook ruimte aan een royale, besloten tuin aan de niet-publieke zijde. In plaats van volledige nieuwbouw werd het daarom een transformatieopgave.

Maar daarbij moest wel wat gebeuren. Het nieuwe programma was flink groter dan het huidige volume kon herbergen. Bovendien wilde we een licht huis creëren, met een ruimtelijke plattegrond en uitzicht op plekken waar zich geen gevelopeningen bevonden. De oplossing zat in het laten staan van de naar de weg gekeerde gevels, het herstellen van het oorspronkelijke volume en vervolgens het opdikken en verlengen daarvan, naar gelang het nieuwe woonprogramma dit verlangde. Om de oude contouren leesbaar te houden hebben we de nieuwe geveldelen afwijkend gematerialiseerd. De rode bastenen zijn op hun kant (klamp) vermetseld, waarbij de gaatjes van de strengpersstenen het gevelbeeld bepalen en duidelijk laten zien dat deze delen later zijn toegevoegd. 

Waar nodig zijn nieuwe raampartijen in de bestaande gevels aangebracht. Deze zijn weggedetailleerd achter het metselwerk waarmee het contrast met de bestaande kozijntjes van de oude deel zichtbaar gemaakt wordt. Op andere plaatsen hebben we juist bestaande openingen dichtgezet. Dit is gebeurd op dezelfde wijze als waarop de gesloten delen van de nieuwe gevels zijn gemaakt, namelijk door de baksteen op zijn kant te plaatsen. Doordat in deze bestaande openingen, achter het geperforeerde metselwerk, glas is geplaatst valt overdag subtiel licht naar binnen. ’s Avonds, wanneer het donker is, komt er door de gaatjes juist licht naar buiten. De oorspronkelijke gevelopeningen van de oude keuterij worden dan op subtiele wijze weer zichtbaar.

Daar waar de publieke gevels herinneren aan de oude keuterij en ondanks de nieuwe raampartijen nog enigszins gesloten zijn, opent de woning zich volledig aan de tuinzijde. Hier is de gevel niet meer historiserend, maar uitgesproken modern. Een grote glazen pui, die driekwart van de gevellengte bestrijkt, zorgt ervoor dat binnen doorloopt naar buiten. De tuin vormt een verlengstuk van het huis. Niet voor niets zijn de belangrijkste leefruimtes aan deze zijde gesitueerd.

Natuurrode dakpannen en vergrijzende Iroko-kozijnen completeren de materialisering van het huis. De keuze voor een mix van afgekeurde dakpannen is enerzijds duurzaam en levert anderzijds een mooie nuancering op. Ook de Iroko-kozijnen hebben een duurzaam karakter vanwege de lange levensduur en het feit dat ze onbehandeld kunnen worden toegepast. Beide materialen harmoniëren goed met het interieur dat gekenmerkt wordt door een gevlinderde betonvloer en gestucte wanden, geschilderd in een subtiele lichtgrijze kleur. De detaillering is zowel binnen als buiten minimalistisch en strak. Het aantal toegepaste materialen is tot een minimum beperkt om het volume zelf maximaal te laten spreken.


Opdrachtgever:Particulier
Jaar:2022
Fotografie:Ronald Zijlstra